Mentorschap aanvragen door u als zorgverlener

Mentorschap mag door verschillende partijen worden aangevraagd, óók door de instelling waar de cliënt verblijft of die begeleiding biedt aan de cliënt.

Wanneer u een verzoek tot instelling van mentorschap doet moet u  zorgen voor een verklaring van een deskundige waaruit kan worden opgemaakt dat de toestand van de betrokkene zodanig is, dat onderbewindstelling of mentorschap nood­zakelijk is, of dat beide maatregelen noodzakelijk zijn. Denk aan een verklaring van een arts, maar bijvoorbeeld ook een indicatiebesluit of een rapportage van een gedragsdeskundige kan als deskundigenverklaring gelden.

Wanneer u namens de instelling een aanvraag verzorgt  moet de aanvrager een extra document aanleveren waaruit blijkt dat u deze handeling mag verrichten. Bijgevoegd dient te worden een volmacht van het bevoegd gezag van de instelling. (welk gezag dient te blijken uit een uittreksel van de Kamer van Koophandel). Uit deze volmacht moet blijken dat degene die namens de instelling het verzoek doet daartoe gerechtigd is.

Wanneer de maatregel door de instelling waar iemand verblijft of die aan iemand begeleiding biedt, wordt aangevraagd moet men wel vermelden waarom de partner van de betrokken persoon, of de bloedverwanten in de eerste of tweede graad (ouders, grootouders, kinderen, kleinkinderen en broers en zusters),de mentor, de curator of de bewindvoerder het verzoek niét indienen.

Tevens moet een verklaring van de nog in leven zijnde naaste familieleden, waaruit blijkt, dat zij akkoord gaan met het verzoek en de voorgestelde bewindvoerder(s) en/of mentor. 

Zo’n verklaring hoeft niet te worden meegestuurd als de echtgenoot/echt­genote/geregistreerde partner/andere levensgezel en familie op de zitting aanwezig zullen zijn. In elk geval moeten de echtgenoot/echtgenote/geregistreerde partner en meerderjarige kinderen laten weten wat zij van de gevraagde maatregel(en) vinden. 

Zijn er geen echtgenoot/ echtgenote/geregistreerde partner/andere levensgezel en ook geen meerderjarige kinderen, dan moeten de ouders en meerderjarige broers en zusters laten weten wat zij van de gevraagde maatregel vinden.